Van ons allemaal sinds 1971

Deze tekening dateert uit de tijd dat Vincent van Gogh in het Brabantse Etten verbleef. Goede modellen waren er schaars: 'wat een toer is het om de lui aan 't verstand te brengen wat poseeren is' schreef Vincent aan zijn broer Theo, nadat hij merkte dat de boeren en arbeiders alleen in hun zondagse pak geportretteerd wilden worden. Daarom besloot hij 'Brabantse typen' te gaan tekenen, zoals deze man met een hakmes en een partij hout. Op dat moment ambieerde Vincent nog een carrière als illustrator voor tijdschriften. Met tekeningen als deze probeerde hij zich waarschijnlijk in dat werk te bekwamen.

Waarom gesteund

Van Goghs tijd in Etten was een belangrijke fase in zijn ontwikkeling als kunstenaar, die wat later in Nuenen voor het eerst tot een hoogtepunt kwam. Het Van Gogh Museum wilde graag vertellen over de aanloop naar het Nuenense werk, maar bezat niet zo'n sterke tekening van een 'Brabants type' uit Etten. Daarom hielp de Vereniging Rembrandt het jonge museum in 1971 bij de aankoop van dit blad, dat bovendien een indrukwekkende herkomst heeft: het was lange tijd eigendom van H.P. Bremmer, de adviseur van kunstverzamelaar en Van Gogh-liefhebber Helene Kröller-Müller.