Favoriet uitgelicht
Het Joodse bruidje van Rembrandt
Voor Tina uit Delft, Timia uit Dieren, Joke uit Bloemendaal, Helena uit Voorschoten, Jetty uit Utrecht, Mirjam uit Purmerend, Margje uit Hilversum, Rose Marie uit Bilthoven, Jacqueline uit Middelaar en Birthe uit Bavel
Jacqueline over haar favoriet
'Geeft troost in barre tijden.'
Het Joodse bruidje van Rembrandt heeft de afgelopen weken Vermeers Gezicht op Delft ingehaald als het kunstwerk dat in de periode van gesloten musea het meest werd gemist. Het schilderij is maar liefst tien keer gekozen. Waarin schuilt de kracht van dit zo geliefde werk, dat Timia uit Dieren ontroert alleen al als ze eraan denkt?
Rembrandts kracht
Op de vraag wat Rembrandts meest uitzonderlijke kracht is, zijn meer antwoorden mogelijk, maar de grootste bewondering is altijd uitgegaan naar zijn ongeëvenaarde vermogen om complexe emoties uit te beelden. In zijn late werk komt die gave misschien wel het sterkst tot uitdrukking, en Het Joodse bruidje is daarvan het ultieme voorbeeld. Afgebeeld op dit schilderij zijn een man en vrouw – vermoedelijk in de gedaante van het Bijbelse echtpaar Isaak en Rebekka – die een diepe liefde voor elkaar voelen. Het kan alleen zijn geschilderd door iemand die uit persoonlijke ervaring weet hoe sterk de band tussen twee geliefden kan zijn. Het is daarom niet vreemd dat Margje uit Hilversum meent dat dit schilderij ook iets laat zien van de liefde die Rembrandt zelf voelde voor zijn jong overleden vrouw Saskia.
Een universeel gebaar
Uit de manier waarop Rembrandt in Het Joodse bruidje de intieme band tussen de personages invoelbaar heeft gemaakt, spreekt zijn kracht als regisseur. Allereerst heeft hij ervoor gezorgd dat alle aandacht uitgaat naar de man en vrouw, door hen sterk te laten afsteken tegen een donkere achtergrond met weinig details. Vervolgens stuurt hij de blik van de beschouwer via de glanzende mouw van de man naar het centrale gebaar op het schilderij: de linkerhand van de vrouw die op tedere wijze de rechterhand van de man, die liefdevol op haar borst rust, aanraakt. Het is een uiterst ingetogen en daardoor krachtige betuiging van liefde die door iedereen meteen zal worden begrepen. Omdat het stel zo naar binnen is gekeerd, krijgt de beschouwer het gevoel getuige te zijn van een moment dat hij eigenlijk niet hoort te zien, wat de intimiteit van de voorstelling alleen maar vergroot.
Toeval
Het Joodse bruidje wordt door velen bewonderd om de bijzondere verfbehandeling, waarbij, naast de kwast van het penseel, ook de harde achterkant hiervan en het paletmes te pas zijn gekomen. Rembrandtkenner Ernst van de Wetering zei over dit werk dat de beschouwer de indruk krijgt ‘dat het zichzelf geschilderd heeft, dat het het resultaat van een geologisch proces schijnt, eerder dan van met mensenhand aangebrachte verf.’ Die uitspraak lijkt vooral te zijn ingegeven door de opvallend pasteus geschilderde mouw van de man, waar de verf zich in klonters uit het oppervlak verheft en het licht reflecteert. Rembrandt lijkt hier bij het aanbrengen van de verf opzettelijk een rol te hebben gereserveerd voor het toeval. Vermoedelijk wist hij, zoals de Britse kunstenaar Joshua Reynolds (1723-1792) het een eeuw later verwoordde, dat schilderijen die op ongedwongen wijze zijn vervaardigd ‘hetzelfde vrije, ongeremde karakter hebben als de werken van de natuur, waarvan de combinaties het resultaat van toeval lijken.’