Vandaag, 23 april 2020, is het precies 100 jaar geleden dat de schilder Jan Mankes (1889-1920) overleed. Daags na zijn dood schreef de criticus Bram Hammacher dat Mankes zou voortleven ‘zolang zijn werk sommigen van binnen beweegt, aanraakt en vasthoudt’. Dat is zijn kunst absoluut blijven doen. Tot nu toe werden al vier schilderijen van Mankes als favoriet ingezonden – alleen Rembrandt en Vermeer zijn met meer werken vertegenwoordigd. Deze week lichten we Mankes’ schilderij Uitzicht atelier te Eerbeek uit.

Mankes Uitzicht atelier te Eerbeek klein

Jan Mankes, Uitzicht atelier te Eerbeek, 1917 | olieverf op doek, 33,5 x 25,5 cm | Museum Arnhem | gesteunde aankoop uit 1972

Vanuit zijn atelier zag Mankes in de verte het fraaie Huis te Eerbeek, dat enigszins verscholen ligt tussen de bomen. Het landhuis werd toen bewoond door de bioloog Max Weber en de plantkundige Anna van Bosse, die bevriend waren met het echtpaar Mankes.

Dicht bij huis

Jan Mankes woonde de laatste jaren van zijn leven in het Gelderse Eerbeek. In zijn werk uit die periode zien we de akkers, hooibergen en werkpaarden uit de streek terugkomen, net als het uitzicht vanuit zijn atelier. Voor zijn kunst keek Mankes altijd naar wat dichtbij was: het landschap rond zijn huis en de dieren die er liepen, maar ook naar zijn eigen kop. Hij observeerde ze met grote aandacht, en schilderde ze in een verfijnde realistische stijl die vaak wordt ervaren als gevoelig en fragiel. Door zijn aquarelachtige schilderwijze hebben de schilderijen een transparante kwaliteit die ook een beetje mysterieus is.

Mankes Jonge witte geit

Jan Mankes, Jonge witte geit, 1914 | olieverf op doek, 49,5 x 59,5 cm | Museum Arnhem | gesteunde aankoop uit 1972

In de kunst van Mankes duikt opvallend vaak een geit op. Dat geliefde motief was voor hem een vertrouwd beeld: de hier afgebeelde geit leefde op het erf van Mankes' ouders. Met de aankoop van de collectie Van Beuningen-Eschauzier kwam ook dit schilderij in Museum Arnhem terecht. Daar is het een van de publiekslievelingen.

Het realisme voorbij

Mankes’ voorstellingen zijn vaak opvallend plat omdat hij geen meester van het perspectief was. Dat gaf ook niet, want meer dan een natuurgetrouw beeld weergeven, wilde Mankes een kunstwerk maken dat, in zijn eigen woorden: ‘warmte en liefde geven zal’. Een fleurig palet had Mankes daar niet voor nodig. In het sneeuwlandschap dat hij in 1917 door het raam van zijn atelier zag, overheersen grijze en grauwe tonen. Toch voelde Bert zich elke keer ‘verkwikt’ na het zien van zijn favoriet. Was dat het weerzien met het kunstwerk, of herinnerde dit sneeuwlandschap hem, misschien onbewust, ook aan een eigen dierbaar wintergezicht?


Om vast te houden

Tijdens zijn leven had Mankes niet te klagen over belangstelling en waardering. Bij zijn dood op dertigjarige leeftijd – hij leed aan tuberculose - liet hij een oeuvre van zo’n 185 schilderijen na. Er verschenen boeken over zijn werk, maar het kwam zelden op de markt – de verzamelaars die het hadden gekocht waren eraan gehecht, of het vererfde binnen hun familie. Uitzicht atelier te Eerbeek is daar een goed voorbeeld van. Dat schilderij ging via Mankes’ vrouw Annie naar een goede vriendin, de verzamelaar Van Beuningen-Eschauzier. Haar collectie van veertien schilderijen, drie tekeningen en elf prenten werd in de jaren 1960 in bruikleen gegeven aan Museum Arnhem door de erven Van Beuningen-Eschauzier. Zij vonden dat die unieke verzameling bijeen moest blijven. Zo geschiedde: met steun van de Vereniging Rembrandt kon Museum Arnhem in 1972 een deel van de collectie aankopen. Het andere deel werd door de erven geschonken. Zo werd Museum Arnhem dé plek waar Mankes’ kunst eindelijk door iedereen kon worden gezien.

Mankes Sneeuwlandschap met sloot
Gesteund

Sneeuwlandschap met sloot

Wist u dat de Vereniging Rembrandt ook Museum Belvédère in Heerenveen heeft gesteund bij de verwerving van werk van Jan Mankes? Een van die schilderijen is een ingezonden favoriet van Jelly uit Groningen.

Meer weten
Bekijk het werk in context

Het alledaagse opgetild

Cuyp Portret eend verkleind
1 / 3

Portret van de eend Sijctghen

Volgens de schilder en kunstcriticus Jan Veth (1864-1925) beschouwde de 17de-eeuwse schilder Aelbert Cuyp ‘al het gedierte om zich heen als goede kameraads.’ Daarvoor zag Veth vooral bewijs in dit gedetailleerde dierportret waarin Cuyp een eend heel levensecht en aandoenlijk weergaf. Waarom van alle 17de-eeuwse eenden juist Sijctghen een portret verdiende, staat in schoonschrift op het kunstwerk: zij was met haar 23 jaar uitzonderlijk oud.

Aelbert Cuyp, Portret van de eend Sijctghen, 1647/50 | olieverf op paneel, 35 x 41,5 cm | Dordrechts Museum | aangekocht met steun van de Vereniging Rembrandt (mede dankzij haar Stortenbeker Fonds) in 2004

Rembrandt De koekenbakster verkleind
2 / 3

De koekenbakster

Met een meesterlijk oog voor detail zette Rembrandt deze straatscène op papier. Gretig zoekt een jongeman in zijn broekzak naar een muntstuk om de koekenbakster te kunnen betalen. Rechts van hem staat een peuter die de buit al binnen heeft.

Rembrandt, De koekenbakster, ca. 1635 | pen in bruin; kaderlijnen in bruine inkt over zwart krijt, 10,8 x 14,4 cm | Rijksmuseum, Amsterdam | aangekocht met steun van de Vereniging Rembrandt in 1883

Vangoghmuseum s0011 V1962 800
3 / 3

Schoenen

Van Gogh wist hoe hij het alledaagse tot iets monumentaals kon verheffen. Toch dragen deze afgetrapte werkschoenen niet de sporen van zijn eigen noeste arbeid. Hij kocht ze speciaal op een vlooienmarkt met het doel ze te schilderen.

Vincent van Gogh, Schoenen, 1886 | olieverf op doek, 38,1 x 45,3 cm | Van Gogh Museum, Amsterdam (Vincent van Gogh Stichting)

Bekijk ook

Intérieur de maison van Édouard Vuillard

Intérieur de maison
Vuillard bijgesneden en verkleind